‘Met dekseltjes overkap je alleen files en ongevallen’
Ringland Academie plaatst grote vraagtekens bij tweede overkappingsstudie stadsbestuur
Ook de stad Antwerpen wil de Ring overkappen. Of toch gedeeltelijk. Maar welk effect heeft zo’n gedeeltelijke overkapping? De Ringland Academie boog zich over het tweede overkappingsonderzoek van het stadsbestuur. De conclusie is duidelijk: ‘Zo’n gedeeltelijke overkapping heeft niets met Ringland te maken en is bovendien een ramp voor de verkeersveiligheid.’
Bron: Ringland-krant, april 2016
Eind juni 2015 dook plots het tweede overkappingsonderzoek van de stad Antwerpen op. Die studie stelt dat de Ring op korte termijn gedeeltelijk kan worden overkapt. Op lange termijn zou dat zelfs kunnen leiden tot een ‘grootschalige overkapping’. Vooral die laatste conclusie is opvallend. Al in 2012 besloot AG Stadsplanning (inmiddels opgedoekt) in een eerste overkappingsonderzoek dat een grootschalige overkapping niet kan zonder een voorafgaande vereenvoudiging van de Ring. Amper drie jaar later is de conclusie dus tegenovergesteld. De werkgroep Mobiliteit van de Ringland Academie nam die tweede studie dan ook grondig onder de loep en vergeleek de ambities van de stad met die van Ringland.
NOG GEVAARLIJKER
‘De gedeeltelijke overkapping van de stad doorstaat de vergelijking met Ringland geenszins’, zegt Luk Vanmaele van de Ringland Academie. Hij is gewezen docent aan de masteropleiding Stedenbouw en was mobiliteitsdeskundige bij het studiebureau Vectris, dat zich toespitst op een duurzame organisatie van verkeer en ruimte. ‘Kijk, Ringland staat voor een geïntegreerde aanpak, waarbij luchtkwaliteit, stadsontwikkeling én mobiliteit als één geheel worden benaderd. Vandaar het systeem met de gescheiden tunnels voor doorgaand en lokaal verkeer. Daardoor kan de Ring worden vereenvoudigd en volledig overkapt. Het is een totaaloplossing.’
‘In het tweede overkappingsonderzoek van de stad hebben de onderzoekers het vraagstuk mobiliteit daarentegen buiten beschouwing gelaten. Precies zoals de BAM jarenlang alleen maar naar de mobiliteit heeft gekeken en leefbaarheid en stadsontwikkeling compleet negeerde. Als je geen rekening houdt met de verkeerssituatie, is het nogal makkelijk om te concluderen dat ook met Oosterweel een grootschalige overkapping mogelijk is. De Ringland Academie heeft de verkeerssituatie ingepast in de gedeeltelijke overkapping en moet besluiten dat de Ring nog gevaarlijker wordt dan hij al is.’
GROOTSCHALIGE OVERKAPPING
Nog even terug naar het overkappingsonderzoek van 2012, waarin duidelijk stond: ‘Een grootschalige overkapping van de Ring kan niet zonder een vereenvoudiging van de Ring.’ Dat sloot aan bij de conclusie van Antea Group, het studiebureau dat het plan-MER (milieueffectenrapport) maakte voor Oosterweel. Het stelde dat Oosterweel niet compatibel is met Ringland. Toch beweert de tweede studie dat een grootschalige overkapping wel kan worden geëvenaard binnen de Oosterweel-context, dus met een complexe Ring.
De vraag is wat verstaan wordt onder een ‘grootschalige’ overkapping. De tweede studie herbevestigt dat enkel overkappingen van maximaal 450 meter mogelijk zijn. De reden is opnieuw de complexiteit van de Ring. Zo toont de studie bijvoorbeeld hoe een overkapping eruit zou zien tussen oprit 3 in Borgerhout (aan het Sint-Erasmusziekenhuis, in het verlengde van de Plantin en Moretuslei) en de afslag naar de E313. Op dat traject bestaat de overkapping uit een dak van 320 meter, onderbroken door een open stuk van 150 meter en opnieuw een dak van 350 meter. Bij een ‘grootschalige overkapping’ blijven grote delen van de Ring dus gewoon open.
OPRIT SLALOM
‘Die situatie is typerend voor de overkappingsambities van de stad en toont aan hoe in de studie abstractie gemaakt is van de verkeerssituatie’, zegt Vanmaele.
‘Wie oprit 3 neemt richting Breda, moet op de Ring over twee rijstroken tussen de auto’s en de vrachtwagens slalommen om links op de juiste rijstrook te komen. Dat op zich is al erg gevaarlijk. Daar komt nog bij dat veel van het verkeer op die rijstroken tegelijkertijd naar rechts invoegt om de E313 te nemen. De weefbewegingen naar links en rechts lopen dus door elkaar heen over een afstand van amper 820 meter, terwijl de veiligheidsnorm minstens 1.000 meter voorschrijft.’
TUNNEL- EN DAGLICHT
‘Een dergelijke situatie is helaas niet zeldzaam. Ze leidt tot veel ongevallen en bijgevolg files. Het overkappingsplan van de stad wijzigt niets aan die complexe verkeerssituatie, maar legt er gewoon een deksel bovenop. Alle op- en afritten en grote knooppunten (bv. met de E313 en de E19) daarentegen, blijven bovengronds, terwijl we weten dat een aanhoudende afwisseling tussen tunnel- en daglicht een negatief effect heeft op de aandachtsfocus van bestuurders.’
‘Met een gedeeltelijke overkapping creëer je vooral bijkomende risico’s op ongevallen’, besluit Luk Vanmaele. ‘Om zowel de Ring volledig en veilig te overkappen als het fileleed op te lossen, moet je hem vereenvoudigen zoals Ringland voorstelt. Met dekseltjes overkap je gewoon de verkeersongevallen en de files.’
Jochen VANDENBERGH